Als ik ergens blij van word, is het wel van een perfecte zaterdagmorgen. Lekker vroeg op staan, potje stoeien in bed met Maud, stevig ontbijt erin, stukkie wandelen, rondje over de markt en een verse portie kibbeling. Thuis afsluiten met een bak sterke koffie en de ochtendkrant. Optioneel gevolgd door een ingenieuze bouwsessie van de spoorbaan met Maud. Met name dat heerlijke, vrije, zaterdagochtend gevoel in de stad is wat het ‘m doet. Mensen zijn (veelal) vrolijk, maken een praatje, zeuren over het weer en de stad gonst van de mensen. Als je het maar in de juiste atmosfeer plaatst, kunnen we best een vrolijk volkje zijn. Voeg het klokkenspel van de kerktoren toe en de stadse zaterdagochtend is het perfecte plaatje. Voor mij dan.
Had je mij tien à twaalf jaar geleden verteld dat ik er zo over zou denken rond mijn veertigste, had ik je compleet voor gek verklaard. Mijn ritme was destijds ongeveer precies andersom. Het ritme van een vrijgezelle horeca- annex kroegtijger zeg maar. Werken tot laat, doorhalen in de kroeg en uurtje of vier, soms vijf of zes m’n nest in. De kater uitslapen geschiedde tot in de late ochtend maar niet zelden tot in de vroege middag. Voor het middaguur was er naar mijn beleving helemaal geen wereld. Dan gebeurde er niks. Dan was alles nog stil en in ruste. Een enkele keer moest ik natuurlijk wel eens vroeg op. Die dagen waren de grootste ellende. Om zeven uur opstaan: ben je niet helemaal lekker in je bovenkamer ofzo?
En nu? Zes uur is geen uitzondering. Soms matst Maud ons en wordt het half zeven. Maar dan is het toch echt aan en gaan. “Na beneje”, zoals onze wekker dat zegt. Doordeweeks doet dat soms nog wel pijn, maar in het weekend springen Maud en ik vrolijk door de slaapkamer, tot diepe droefenis van vrouwlief die heel graag wel dat uurtje extra zou willen pakken. Maar helaas voor moeders: het is weekend. Naar de stad, naar de markt, treinbanen bouwen, laarzen aan en het bos in. Beneje geven we mama nog even het laatste zetje met onze standaard soundtrack: “Zaterdag” van Bløf.
Waarom ik dit schrijf? In de afgelopen week werd meermaals het besef ingewreven dat het leven verandert, dat ik als mens ben veranderd. Dat het leven zich ontwikkelt en dat ik dat eigenlijk helemaal prima vind. Dat wil niet zeggen dat ik per definitie nu gelukkiger ben of saaier of beter of verstandiger. Wel rijker, en dat uit zich puur en alleen in dat genietende smoeltje van Maud als ze op zaterdagochtend vrolijk naar iedereen staat te zwaaien op de markt. Wacht maar, denk ik dan. Ooit op een dag lig jij op dit uur je roes uit te slapen. Hopelijk duurt die dag nog heeeeel lang.
“Dat ik dat eigenlijk helemaal prima vindt” is nog meer prima zonder t
Leuke column weer!